dinsdag 30 augustus 2016

Hoe naakt is naakt?

Galerie Peter Leen en restaurant Same Same in Breukelen
Nog even voortborduren op mijn expositie met naakt bij Galerie Peter Leen in Breukelen waarover ik vorige week al een en ander meldde.
Als mens, en dus ook als vrouw, kun je aardig geconditioneerd raken door de meningen en gewoonten om je heen. Als vrouwelijk kunstenaar al helemaal als je eeuwenlang niet naar mannelijk naakt mocht tekenen en schilderen. Heel grote kans dat je dat zelfs als normaal gaat beschouwen. Ter illustratie daarvan even een deel uit een dagboek van een Amerikaanse kunstacademiestudente die in 1901 verzeild was geraakt aan Académie Colarossi in Parijs. Destijds het episch centrum van de kunst, de stad waar "het allemaal gebeurde".

Ze schrijft:’Op de eerste dag, een open deur passerend bij één van de ateliers, zag ik Hermione staan en ging naar haar toe. Ze stond daar kalm te kijken met haar hoofd kritisch naar één kant. Aan het einde van de zaal passeerden in een rij één voor één naakte, mannelijke modellen. Het model voor die week werd gekozen. Voordat de rede het instinct kon controleren, draaide ik me om, en rende weg, sloot me op in de wc en voelde me ziek. Hoe kon mijn lieve Hermione daar staan, zo kalm taxerend? Hoe kon ze? Toen schudde ik mezelf door elkaar. “Idioot, puriteinse!  Terug en imiteer Hermione’s nonchalance”. Het kostte me daarna maar weinig tijd om ook een schattend oog over de die naakte mannelijke modellen te laten gaan.’
badmode rond 1900
 Kunnen we ons dat nu nog voorstellen? Eigenlijk niet. Ondanks de Nieuwe Preutsheid die er naar mijn gevoel aan het ontstaan is. Want ga maar na. Werd je enkele tientallen jaren geleden nog raar aangekeken als je aan de Côte d'Azur met bikinitopje aan op het strand lag, nu is dat het geval als je er juist zonder ligt. En dat bij de huidige discussie over de boerkini in Frankrijk! Toch leuk om dan even een foto van de badmode rond 1900 aan onze stranden te tonen. Zoals levensgezel dan vaak constateert bij dit soort zaken, "we leven toch maar in interessante tijden". 

Hoe dan ook, Peter Leen begon, toen ik mijn werk bracht, het gelijk met veel enthousiasme op te hangen. Werk in allerlei technieken. Ga maar na. Olieverf op linnen, tekeningen en aquarellen op papier. Drieluiken met dikke olieverf-zijpanelen en dunne middenstukken op alu-dibond. En mixed media werken op alu-dibond in zowel de gewone als de geborstelde versie. Geborsteld alu-dibond? Ja, inderdaad. Daarbij schimmert het aluminiumoppervlak door de combinatie van opgebrachte tekening en olieverf heen. Echt een heel intrigerend effect. 

Masculino II, mixed media op geborsteld aluminium
Hoe dat alles nu hangt weet ik eerlijk gezegd niet. Want toen we 's avonds weer richting Middelburg gingen na een overheerlijke Thaise maaltijd in het Same Same restaurant van de galerie zag je Peter nog steeds nadenken. Ga ik die nou nog verhangen, moet die hoger of lager of combineer ik juist die twee met elkaar? 
bezig met het inrichten



Daar heb je nu je galeriehouders voor. Die kennen hun ruimte en dan moet een kunstenaar zich niet bemoeien met het ophangen. Hoe moeilijk dat soms ook is.
 
de afsluitende heerlijke Thaise maaltijd
Toch mooi dat de galeriebezoekers en restaurantgasten nu rustig tussen al dat mannelijk en vrouwelijk naakt kunnen verkeren. Zonder verschuifbare gordijntjes ervoor, zoals dat volgens de overlevering uit de 19de eeuw nog het geval was met één van de iconen uit de kunstgeschiedenis. Het beruchte en beroemde "L'origine du monde" uit 1866 van Gustave Courbet. Nu permanent in de collectie van het Musée d'Orsay in Parijs. Met de destijds in Parijs woonachtige Turks-Egyptische diplomaat Khalil-Bey als eerste eigenaar. Ironie van de geschiedenis, dat Turks-Egyptische? Bepaal 't zelf maar.
 
Gustave Courbet, L'origine du monde, 1866
Tegenwoordig doen we dat natuurlijk niet meer, gordijntjes ervoor. Stel je voor! Of misschien toch wel, maar dan anders? Op Facebook schijn namelijk wel af en toe het nodige verwijderd te worden dat met naakt heeft te maken. Misschien dat ik toch binnenkort maar eens onderstaand werk op Facebook zet. Gewoon om te kijken wat er gebeurt. Bij Galerie Peter Leen is het in ieder geval te zien.
 
Folata, aquarel 110 cm-80 cm
Zet overigens 24/25 september maar in de agenda. Dan is er bij Peter een speciaal weekeinde te beleven met mijn werk. Waarover tegen die tijd meer. Tot volgende week.

TOOS

dinsdag 23 augustus 2016

Toos gaat naakt


de stockruimte van Galerie Peter Leen
Een wat provocerende titel bij dit stukje? Ja, eigenlijk wel. Want ik ga echt niet zelf uit de kleren. Maar er komt wel een speciale expositie van mij aan. Een expositie met heel veel naakt. Dat zit zo.
Al weer meer dan een jaar geleden zat ik wat te brainstormen met Peter Leen in zijn galerie in Breukelen. Altijd gezellig, zeker ook sinds hij zijn galerie verrijkte met een Thais restaurant direct ernaast. In dat voortreffelijke Same Same restaurant, met de rondborstige Peter als voortreffelijk gastheer, eet je te midden van de kunst en kun je te gelijkertijd ongedwongen rond lopen in de galerie. Letterlijk een smaakvolle en kunstzinnige ervaring. En ook zeer bevorderlijk om het bezoek aan de galerie heel laagdrempelig te maken.
 
lezing bij een eerdere expositie van mij bij Peter Leen in de grote ruimte
Al pratend kwamen we op het naaktmodeltekenen dat ik vroeger heel veel heb gedaan. Samen met een club kunstvrienden in Eindhoven één keer per week van een model snelle schetsen en ook wat meer tijd vragende tekeningen maken. Van zowel mannelijke als vrouwelijke modellen in allerlei houdingen.  Zeer bevorderlijk voor het goed en intens leren kijken en voor de tekenvaardigheid.
Bij dat gesprek kwam het idee op om een speciale tentoonstelling met alleen naakt te maken voor Peters galerie. Dat leek me een interessante uitdaging. Waarom niet? Die vraag klinkt in deze tijd eigenlijk heel gewoon. Waarom zou een vrouw niet zowel vrouwelijk als mannelijk naakt tekenen en schilderen? Toch is dat een verworvenheid die enkele eeuwen geleden absoluut onmogelijk was.

affiche van de film Artemisia
 Laat ik als voorbeeld nog eens één van mijn schilderheldinnen uit de 17de eeuw erbij halen. Artemisia Gentileschi (1593-1653), ook hoofdpersoon in de boeiende historische roman "De Passie van Artemisia" door Susan Vreeland. Toevallig kwam ze ook nog voor in mijn blog van twee weken geleden naar aanleiding van een schilderij van haar in het Metropolitan Museum in New York. Dochter van de Romeinse kunstenaar Orazio Gentileschi, meewerkend in zijn atelier en duidelijk getalenteerder dan haar vader die vooral schilderde in het historische kunstgenre. Dat van de Bijbelse en mythologische voorstellingen, in die tijd ook de duurst betaalde schilderijen. Daarin kwam natuurlijk ook het nodige naakt voor. Mee een reden trouwens voor de grote populariteit ervan. Als daarvoor mannelijke modellen nodig waren, mochten er geen vrouwen bij. Stel je voor, de wereld moest natuurlijk niet op z'n kop komen te staan! Dat mannen vrouwelijke modellen gebruikten was normaal en logisch. Maar vrouwen die mannelijke modellen mochten aanschouwen, laat staan tekenen of schilderen? No way! Volstrekt zedeloos! Òf weg wezen òf een groot gordijn ertussen in het atelier.  In "Artemisia", een prachtige film over haar ook dramatische jonge jaren (zie de filmtrailer op YouTube https://www.youtube.com/watch?v=6aE8VT-Gsgs), wordt wel gesuggereerd dat ze een jongeman weet te verleiden om naakt voor haar te poseren, maar daarvoor is geen enkel historisch bewijs.
Vandaar dat je alleen vrouwelijk naakt zult tegenkomen op schilderijen van de paar vrouwen die zich in de 16de en 17de eeuw in die vrijwel volstrekt mannelijke kunstwereld wisten te wurmen. 
Artemisia, Susanna en de ouderlingen, jeugdwerk uit1610
De eerst bekende tekeningen met mannelijk naakt, gemaakt door een vrouw, stammen pas uit het begin van de 18 de eeuw. Ook daarna bleef het trouwens een moeizame zaak. Pas in de loop van de 19de eeuw drongen de vrouwen langzamerhand meer door in dat mannenbolwerk. Maar dat zijn weer heel veel andere verhalen.

Nu is dit in onze maatschappij gelukkig geen enkel punt van discussie meer. Alhoewel? Ik hoorde onlangs het volgende verhaal. Iemand probeert in het stadhuis van Den Haag een expositie te organiseren van Poen de Wijs (1948-2014) en Marion van Nieuwpoort (1950-2008). 
werk van Poen de Wijs
werk van Marion van Nieuwpoort
Een succesvol schildersechtpaar dat leefde in Den Haag, beiden goede vrienden van me, maar alle twee te vroeg overleden. Ze hebben ook het nodige naakt geschilderd. Die expositie zit er mogelijk wel aan te komen, maar dan mag er geen naakt in. Want in dat stadhuis komen mensen van allerlei culturen en die mogen aan naakt natuurlijk geen aanstoot kunnen nemen. Vindt men ten minste bij de gemeente Den Haag. Er valt nog steeds een en ander te winnen. Tot volgende week met meer over dat naakt van mij.

TOOS

dinsdag 16 augustus 2016

De Trump Tower? Toch maar even niet in mijn fotoboek van New York!

dit is dus niet de Trump Tower

MoMA
Ik was dus in New York. Of beter gezegd, in Manhattan. Voor vier dagen. Met één hele dag voor het Metropolitan Museum, zoals ik vorige week beschreef. Even de rekenmachine erbij. Oh ja, dan blijven er nog drie over. Ga je dan vanwege de actualiteit de Trump Tower bezoeken? Nee. Genoeg aantrekkelijker alternatieven. Zoals het MoMA, het Museum of Modern Art. En dat niet alleen vanwege de heel erg veel miljoenen kostende ruimteverdubbeling daar, maar toch vooral voor de museale iconen. Want die hebben ze! Volop.

Neem alleen maar "Les Demoiselles d'Avignon" uit 1907 van Pablo Picasso (1881-1973). Het schilderij dat het begin van het kubisme markeert. De kunststroming  die in een paar jaar tijd de toenmalige moderne kunstwereld veroverde en nog steeds veel invloed heeft. 
Picasso, Les Demoiselles d'Avignon
Eigenlijk is het een ongelooflijk verhaal dat twee kunstenaars, Georges Braque (1882-1963) en Picasso, samen zo'n revolutie ontketenden in een innige samenwerking. Zowel apart werkend in hun eigen atelier als ook in onderling overleg. Schilderijen creërend die de kunstwereld veranderden. Voor mijn gevoel krijgt Picasso daarvoor trouwens wel wat teveel eer vergeleken bij Braque. Vooral door dat Les Demoiselles d'Avignon dat sinds 1939 in het MoMA hangt. Maar ja, ga er als medekunstenaar maar aanstaan bij een Picasso die zichzelf altijd heel goed als het centrum van de wereld wist te presenteren. De kunstenaar met die als kooltjes gloeiende ogen, met die flamboyante natuur, met dat alles opeisende!
Gustav Klimt, Portret van Adele Bloch-Bauer
 Wist je trouwens dat het Avignon uit de titel niks heeft te maken met de Franse stad Avignon? Dat slaat namelijk op de Carrer d'Avinyo in Barcelona. Destijds een straat met veel bordelen. Wordt 't zo duidelijk wat met "demoiselles" wordt bedoeld?

 Maar er is natuurlijk veel meer, daar in het MoMA. Het prachtige Jugendstilportret van Adele Bloch-Bauer door Gustav Klimt (1862-1918) uit 1912. Uit een jaar dus dat het kubisme in volle bloei was. Op een bepaald moment was die stijl van Klimt zelfs helemaal uit. Tijdens mijn opleiding op de academie mocht je zoiets zelfs helemaal niet mooi vinden. Terwijl ik dat stiekem toch deed. Helemaal fout dus. En nu? Klimt mag weer helemaal!. Tja, wat is kunst en wat is in?

En dan een zaal vol met Matisse (1869-1954), o.a. la Danse I. Ook een werk dat niet weg te denken is uit de kunstgeschiedenis. Of de Waterlelies van Claude Monet (1840-1926). Het beroemde impressionistische schilderij dat een hele muur in beslag neemt. Zo loop je dus van het ene iconische werk naar het andere.
 
Matisse, La Danse I
Monet, Waterlelies

Fotoboek New York
En een keer weer buiten sta je gelijk midden in de bruisende metropool van Manhattan. Ook altijd weer overweldigend. Van dat verblijf in NY heb ik natuurlijk een fotoboek gemaakt dat ik mijn bloglezers niet wil onthouden. Via de link http://bit.ly/2aGQDC4 kun je er doorheen bladeren. Hieronder staan een paar van de opgenomen foto's.






Daarbij ook enkele speciale. Want toevallig was het Veterans Day tijdens ons verblijf. Altijd op 11 november. Een spektakel waarvoor de hele Fifth Avenue een dag lang  is afgezet. Dan trekt er een bonte stoet langs van groepen die op de een of andere manier een link hebben met het Amerikaanse leger. Zoals echte veteranen van zelfs nog de Korea oorlog begin jaren 50. Maar ook kadetten van militaire opleidingen, ernstig kijkende scholieren, clownsachtige figuren en zelfs muziekkorpsen met sexy uitstraling. 



Tegenwoordig hebben we jaarlijks ook zo'n parade in Nederland met het Haagse Malieveld als startpunt. Maar dat kan slechts een slap aftreksel zijn van het spektakel dat ik op Fifth Avenue urenlang voorbij zag trekken. Tot volgende week.

TOOS

dinsdag 9 augustus 2016

Top kunst van ongans rijke Amerikanen


Metropolitan Museum in New York
Aanbidding door de Drie Koningen, Jeroen Bosch
 Het Louvre in Parijs is groot, heel groot. Als je er ongericht begint te dwalen, kun je er heel goede vèrdwalen. Maar het Metropolitan Museum in New York kan er ook wat van. Ook gigantisch groot en ook daar raak je makkelijk de weg kwijt.
Waarom ik daar nu op kom? Allereerst was ik recent bezig met maken van een fotoboek over mijn verblijf in New York afgelopen november. En daarbij kwam ik in de lading foto's gemaakt in het Metropolitan er eentje tegen van "De aanbidding door de Drie Koningen" van Jeroen Bosch. Over wiens moergrobben dus juist mijn blog van vorige week ging. Logisch bruggetje toch?

Dat wat conventionele werk zonder echte moergrobben hing er toen nog. Snel daarna zou het de reis over de Atlantische Oceaan richting Europa gaan maken voor de grote overzichtstentoonstelling van Bosch. Nadat het dus ooit eens juist de tegenovergestelde tocht had gemaakt. Net zoals een ongelooflijk grote hoeveelheid topkunst die in het Metropolitan Museum is te bewonderen. 


 Want wat hebben die Amerikanen zich vroeger ongans gekocht aan Europese kunst! Maar ja, hoeveel ongans rijke staal, olie en bankbaronnen liepen er in de 19de en begin 20ste eeuw wel niet rond in de Nieuwe Wereld.  En al hun ongans grote villa's moesten naar de mode natuurlijk worden opgeleukt met kunst van het Oude Continent. Kunst die later uiteindelijk vaak geschonken werd aan het in 1872 geopende Metropolitan Museum.

Nu staat daar dus aan de oostrand van het Central Park een reusachtig gebouw waarin je dagen kunt ronddwalen door millennia van wereldkunst. Egyptische, Griekse, Romeinse, Oceanische, Aziatische, Afrikaanse, Arabische en middeleeuwse tot en met 20ste eeuwse Europese kunst. Oh ja, ook nog oude muziekinstrumenten, fotografie en natuurlijk heel veel Amerikaanse kunst. Je komt tijd, ogen en concentratie te kort. Zeker als je, zoals wij, maar één dag hebt ingeroosterd. Zij het een hele. 's Morgens erin en met donker er weer uit.
Dat erin leverde een nieuwe ervaring op. Negen jaar geleden was ik er voor het laatst. Toen was het museum nog gratis toegankelijk. Met in de hal grote bakken met een gleuf waar je biljetten en munten in kon doen als vrijwillige donatie. Die bakken werden heel veel genegeerd. 

Nu bleken ze verdwenen. Moest je dus toch toegang gaan betalen? Nee hoor, 't is in principe nog steeds gratis. Maar …… Ze hebben een heel slim concept ontwikkeld om aan veel donaties te komen. Je moet nu naar een toegangsloket waar je een op te plakken sticker krijgt met een kleurtje. Elke dag een andere. Achter de diensdoende lieftallige dame doemt in je blikveld een niet te ontwijken heeeel groot bord op met gesuggereerde toegangsdonaties voor een dagje rondkijken. $17 voor 65+'ers, $25 voor de jonkies. Maar je hoeft echt niks te betalen als je dat niet wilt. Elk bedrag van 0 tot iets is welkom. Slim toch? Want je moet psychisch wel heel sterk in je schoenen staan om die lieve mevrouw die jou je sticker met een grote glimlach overhandigt, financieel geheel te negeren. Zouden we zoiets ook niet eens als proef in Nederland kunnen proberen? En dan al die af en toe weer oplaaiende discussies over wel of niet gratis museumtoegang overslaan?

Ben je een keer binnen, dan weet je gewoon niet waar je moet beginnen. Een en al keuzestress, zoals dat tegenwoordig heet. Nou, oké, de Griekse en Egyptische tempels komen nog wel weer eens. Net zoals Afrika, Oceanië, Noord- en Zuid-Amerika en de afdeling wapenuitrustingen. Nee, op naar de Middeleeuwen en naar onze eigen Gouden Eeuw met een zaal vol Rembrandts. Waarbij "Aristoteles met de buste van Homerus". Mij natuurlijk heel erg aansprekend vanwege mijn illustraties bij de Ilias en de Odyssee. 
afdeling Middeleeuwen
even een zaaltje Rembrandt
Rembrandt, Aristoteles met de buste van Homerus
Ook op naar de oude Italianen, naar de Spanjaarden, naar Van Gogh, naar de Impressionisten, naar William Turner. 
Rafaël, Madonna met kind en heiligen

werk van William Turner
En naar een paar van mijn schilderheldinnen. Zoals Artemisia Gentileschi (1593-1653). Een dijk van een wijf die in de 16de eeuw als eerste vrouw ooit lid werd van de Accademia dell'Arte del Disegno in Florence. Een vrouw met een leven vol ups en downs, één groot avonturenverhaal.
Artemisia Gentileschi, Esther voor Ahasverus
Of zoals Rosa Bonheur (1822-1899) met haar iconische "De paardenmarkt". Ook zo'n vrouw waaraan je een heel blog kunt wijden. Onconventioneel. Schilderend in mannenkleren op die Parijse paardenmarkt omdat ze anders teveel opzien zou baren. Want een vrouw schilderend in de buitenlucht? Aanstootgevend! De wereld , zelfs de Parijse, moest niet gekker worden.
Rosa Bonheur, De paardenmarkt
niet iedereen heeft oog voor de kunst
 Zo kun je daar in het Metropolitan Museum uren dwalen van het ene naar het andere topstuk. Alle belangrijke kunstenaars zijn vertegenwoordigd. Logisch dat het tot de drukst bezochte musea ter wereld behoort. Dankzij dus die puissant rijke Amerikanen die graag hun verworven kunst schonken en trouwens nog steeds schenken. Tot volgende week.

TOOS

dinsdag 2 augustus 2016

Geen pokemons maar heel veel moergrobben in Den Bosch

Moergrobben? In den Bosch? Is dat daar soms een of andere plaag, die moergrobben? Nee hoor, juist het tegendeel. Ze zijn een feest. Een feest voor het oog. Dit vraagt vanzelfsprekend om enige opheldering.


Dat intrigerende, prachtige woord moergrobben heeft schrijver Theun de Vries (1907-2005) verzonnen voor de vele vreemde wezens en verschijningen die onze beroemde Jeroen Bosch verwerkte in zijn schilderijen en tekeningen. Maar daar waar je van Jeroen dus beslist niet kunt zeggen dat hij is weggezakt in vergetelheid, is dat proces naar mijn indruk nu jammer genoeg wel gaande bij die grote verteller Theun de Vries. Schrijver van vooral historische en sociale romans, ooit in 1962 geëerd met de in de literaire wereld zo begeerde P.C.Hooftprijs. Die vertellersgave pakt heel goed uit in "Het raadselrijk, de roman van een schilder". Een boek dat in 1964 eerst verscheen onder de titel "Moergrobben" en losjes is gebaseerd op het leven van Jeroen Bosch. Maar dan wel heel losjes. Want al kennen we weinig feiten over het leven van Bosch, zelfs van dat weinige heeft de Vries zich niet al te veel van aangetrokken. Daarbij laat hij Bosch ook nog acteren onder een andere naam. Melchior Hintham. Maar het boek geeft een levendige, avontuurlijke en realistische indruk van het leven van een kunstenaar in de tijd rond 1500 in een stad die je meer provinciaal dan grootsteeds kunt noemen. Met een inventief en heerlijk archaïsch aandoend taalgebruik van eigenzinnige woorden als klepgebrom, drankroerig gezwets, dompende schaduwen en billefacie. En dus ook moergrobben. Een aanrader, dat boek, als je geïnteresseerd bent in de middeleeuwse wereld van Jeroen Bosch. 't Te pakken krijgen is overigens al een avontuur op zich. Dat valt niet mee.
 
een Bossche moergrob
Hoe ik op dit alles kom? Omdat ik net een dag in Den Bosch vertoefde. Om te kijken hoe 't de stad vergaat na de grote expositie over Jeroen Bosch en de verhuizing van zijn werk naar de tentoonstelling nu in het Madrileense Prado. Nou, dat valt best mee. Want ze blijven het hele jaar door feestvieren rond de dood van Bosch 500 jaar geleden. Met in het weekeinde 's avonds een grote Jeroen Bosch lichtshow op de Markt. Daar waar nog het pand staat waarin Bosch woonde en waar je wel ziende blind moet zijn om je het grote beeld van hem op dat plein te laten ontgaan. 
foto's van de lichtshow

Met ook een speciale rondvaart over de Binnendieze. Het riviertje dat dwars door de stad stroomt en dat is opgesierd met allerlei van die moergrobben. 
een moergrob
dezelfde moergrob in de Binnendieze

Overigens geldt dat niet alleen voor die boottocht. Overal in de stad vind je ze, de Boschgedrochten. Er zijn zelfs hele wandelingen voor uitgezet. Denk dus niet dat het Boschjaar voorbij is. Nog bij lange na niet. Ga er heen, naar 's-Hertogenbosch.
 
moergrobben in de binnenstad
Dat geldt ook zeer zeker voor het Jheronimus Bosch Art Center. Want ze beweren nou wel in het Prado dat ze dit jaar de grootste en de prachtigste hebben, groter en prachtiger dan die eerder dit jaar in Den Bosch, maar dan vergeten ze even dat Art Center in de grote, voormalige Sint-Jacobskerk. 



Jheronimus Bosch Art Center
Daar tonen ze permanent al het werk dat aan Bosch wordt toegeschreven. Jaar in jaar uit. Jammer genoeg alleen niet de echte, maar prints ervan. De kwaliteit van die prints viel me wel wat tegen. Dat kan tegenwoordig echt beter, dus daar zou eens in geïnvesteerd moeten worden. Maar wat geeft dat als je moergrobben wilt kijken. Dat kan daar in overvloed. In alle rust. Met ruimte zat. Veel meer dan bij die grote tentoonstelling in het Noordbrabants Museum.

En weet je wat 't mooie is? Je mag de drieluiken van De Hooiwagen en De Tuin der Lusten gewoon met je eigen handjes open en dicht doen. Zo vaak je maar wilt. 
De Tuin der Lusten
Ik moest gelijk denken aan een scene die beslist klassiek gaat worden, zo die dat al niet is. In de interessante documentaire over het technisch en wetenschappelijk onderzoek dat voorafging aan de expositie in Den Bosch is een Nederlandse delegatie op bezoek in het Prado. Een groepslid vraagt nogal plompverloren, geheel volgens de Nederlandse normen van nogal eens te botte directheid, aan de verantwoordelijke, wat afstandelijke conservatrice of de zijluiken van "De Tuin der Lusten" even dicht mogen. Reactie en gezichtsuitdrukking van die niet al te geweldig Engels sprekende strenge meesteres spreken dikke Spaanse boekdelen. Dat ging dus niet gebeuren, echt niet. Later overruled een hiërarchisch hogere Pradomeneer haar ook nog. Dus tussen haar en Nederland komt 't nooit meer goed, echt niet. Zo spreekt ze, in verband met de Prado expositie, nu ook allerlei Nederlandse wetenschappelijke conclusies heftig tegen. Die conclusies zeggen dat sommige aan Bosch toegeschreven werken in het Prado toch niet van zijn hand zijn. Niet waar! Gigantisch subjectieve onzin. Zij weet wel beter.
 
impressie van Jeroen Bosch in zijn atelier in het Art Center
Maar ik mocht zomaar, daar in dat Jheronimus Bosch Art Center, de luiken van De Tuin der Lusten zelf dicht en open doen. Had ik me toch even een "lekker puh"gevoel! Tot volgende week.

TOOS