dinsdag 17 september 2013

Monumentaal wonen in een Rijksmonument

Afgelopen zaterdag gaf ik weer eens open huis, of open deurdag zoals ze in Vlaanderen zeggen. Het was ten slotte Open Monumentendag, een uitstekende gelegenheid om in heel Nederland Rijksmonumenten te bezichtigen. Maar dan moeten die natuurlijk wel open zijn. Voor mijn pakhuis uit 1738 zie ik dat min of meer als een morele verplichting. Want toen ik in 1999 bij de eerste aanblik verliefd werd op het pand, moest er nog heel wat gebeuren voor het als woon/werkverblijf bruikbaar was. En daarbij heeft het Rijk, indirect wij dus met z'n allen, een deel subsidie verleend op de restaurabele, oorspronkelijke elementen. Dus waarom dan niet de gemeenschap de gelegenheid geven te zien wat daarmee destijds is gebeurd? Niet alleen in mijn atelier dus, maar ook in het woongedeelte.

Nou, er gebeurde dus ontzettend veel. Want 't was, zacht uitgedrukt, een ontiegelijke rotzooi. Er had nog nooit iemand gewoond, er was geen gas, geen water, geen zelfstandige elektriciteit. Daarbij moest de eigenaar  dertien grote containers, zo bleek achteraf,  met onbruikbare spullen naar de stort brengen om het geheel leeg op te leveren. Hierbij een paar foto's van hoe het ooit was en hoe 't er nu uitziet. Klein verschilletje, nietwaar?




Ik vind het dus altijd heel leuk bezoekers op Monumentendag te vertellen over de geschiedenis van het pand. Over de haringpakkerij die er eerst is geweest op die plek, over de Middelburgse Commercie Compagnie die het pakhuis in 1738 liet bouwen. Over de balken die uit het Balkengat achter de Kinderdijk en Korendijk werden gevist. Met daarbij balken die waarschijnlijk ooit onderdeel waren van VOC-schepen die op de werf daar werden gebouwd en onttakeld. Over het graan uit de Baltische staten en delen van Duitsland, als Sleeswijk en Holstein, dat er zeer waarschijnlijk opgeslagen heeft gelegen. Over het feit dat ik daarom het pand officieel Holstein heb mogen noemen. Over de muren die eigenlijk van de buren zijn. Over, ja, over wat eigenlijk niet. En over mijn kunst natuurlijk die overal in het huis hangt.


Ook dit jaar vond ik het weer een geslaagde dag met heel veel nieuwsgierige bezoekers die zeer verrast waren door alles dat we in dat oude pakhuis tot stand hebben gebracht. Bezoekers ook, die 't toch wel heel erg gastvrij vonden 's  morgens met koffie en 's middags met een glaasje met bubbels (nee, geen mineraalwater) verwend te worden. Want je moet, als 't even kan, een feestje proberen te maken van het leven. Tot volgende week.
TOOS

Geen opmerkingen: