zelfportret van de jonge Turner |
Alexander de Grote,Karel de Grote, Tsaar Peter de Grote,
Catharina de Grote. Allemaal figuren uit de geschiedenis die meestal door hun
dadendrang bij landje-pik spelen die toevoeging van groot verdiend schijnen te
hebben. Maar in de kunst? Kom je daar die toevoeging "de Grote"
tegen? Niet naar mijn weten. Blijkbaar is kunst daarvoor niet het geëigende
terrein. En toch vind ik dat sommige kunstenaars er voor in aanmerking komen. Zeker
Engelsman Joseph Mallard William Turner (1775-1851). Turner the Great dus. Niet
William the Great, dat klinkt te gewoon.
Waarom Turner zo groot is? Dat valt nog tot 3 januari te
bekijken in Zwolle en Enschede. Bij een dubbeltentoonstelling: Gevaar &
Schoonheid-Turner en de traditie van het sublieme. In Museum de Fundatie en
Rijksmuseum Twenthe. Twee regionale, middelgrote musea die geweldig scoren met
deze exposities. Maar waarom juist daar? Omdat we in Nederland maar één, let
wel ÉÉN, schilderij van deze wereldberoemde schilder in een openbare collectie
hebben. Een kleintje, in de Fundatie. Verder nergens, in heel Nederland niet.
Heel verwonderlijk eigenlijk.
In Londen, in de Tate Britain, hebben ze zalen vol. En in
de National Gallery wereldberoemde hoogtepunten uit zijn oeuvre. Want Turner
liet na zijn dood de inhoud van zijn atelier als erfenis achter voor de Britse
staat. Zo'n 300 olieverfschilderijen en duizenden schetsen en aquarellen. Een
aantal jaren geleden liep ik er rond. Helemaal verlekkerd, als een groupie in
volle bewondering. Want die man was echt goed en uniek!
Rain, steam and speed-the great Western railway |
Stel 't je maar eens voor. Het Impressionisme, laat staan
het latere Expressionisme, wist nog bij lange na niet dat het ergens in de
jaren na 1860 geboren ging worden. Na de dood van Turner dus. Ook de verftube
was nog niet uitgevonden. Hij kon daardoor niet, zoals de impressionisten, voluit
in de openlucht schilderen met olieverf. Turner kon alleen maar heel veel schetsen
en aquarelleren tijdens zijn wandelingen in de natuur en zijn reizen in het
buitenland. Onder andere ook in Nederland.
berglandschap met pas, aquarel |
Pas in zijn atelier kwamen de olieverfschilderijen tot
stand. Die olieverven waarin hij op wat latere leeftijd woeste wolkenluchten, zinderende
zeeën, vurige zonsondergangen en echte branden zo ongelooflijk expressionistisch weergaf als eerder nog nooit
iemand had gedaan. Terwijl het na zijn dood nog heel lang zou duren voor dit
weer gebeurde.
Natuurlijk maakte hij ook relatief "bravere"
schilderijen. Zowel in het begin van zijn carrière als later. Maar zelfs die
waren in meerderheid al uitzonderlijk.
een Venetië schilderij |
De prins van Oranje, Willem III, landt bij Torbay, 4 november 1688 |
Ik vind het echt verbazingwekkend hoe iemand in die tijd
zo on-tijds kon werken. En ook verbazingwekkend is eigenlijk wel dat hij er
kopers voor had. Want die moesten daar toch ook voor open staan. Een halve eeuw
later kon Vincent van Gogh zijn expressionistische werk aan de straatstenen
niet kwijt, terwijl Turner een zeer goed betaald schilder werd.
Nu zijn er dan die twee exposities in Nederland. Met
flink wat aquarellen en een kleinere collectie van olieverfschilderijen. Natuurlijk
had ik Turner the Great in Londen gezien en wist ik dat deze tentoonstellingen
die ervaring nooit zouden kunnen evenaren. Maar ik was wel heel nieuwsgierig
naar de aanpak in de Fundatie en het Rijksmuseum Twenthe. Twee musea waar ik
nog nooit was geweest. Naar de Fundatie was ik daarbij ook extra nieuwsgierig vanwege
de omstreden uitbreiding een paar jaar geleden met een grote blop bovenop het
dak. Best interessant, dat moderne ding, een soort misvormd ei, in de eeuwenoude
Zwolse binnenstad.
De door andere musea uitgeleende werken van Turner waren
vanzelfsprekend weer helemaal de moeite waard, alhoewel bekende hoogtepunten
ontbraken. Wat me enigszins tegenviel was de `verdunning` die werd toegepast. Om
de zalen vol te krijgen waren er allerlei andere kunstenaars bijgehaald die òf Turner
destijds hadden geïnspireerd òf later geïnspireerd waren geraakt door Turner òf
pasten bij de vier elementen water, vuur, aarde en lucht, de toegepaste
deelthema's. Grof verdeeld was 1/3 deel van Turner, de rest van anderen. En van
die anderen waren er voor mijn gevoel teveel echt aan de haren bij gesleept. Zo
van "die hebben we nog in de eigen collectie en kletsen we met een mooi kunstverhaal
wel zogenaamd passend de tentoonstelling in". Of "daar in dat museum
kunnen we nog wat lenen, dan krijgen zij wel iets van ons, goed voor de
samenwerking". Op zich jammer, maar wel begrijpelijk. Hoe dan ook, Turner
bleef vanzelfsprekend moeiteloos overeind. Helemaal toen ik zag dat hij zich
door de Odyssee van Homerus had laten inspireren.
Odysseus deriding Polypmemus |
Dat prachtige verhaal waar ik
de laatste paar jaar ook mee bezig ben geweest voor een nieuwe uitgave ervan
bij mijn galerie in Nice. Dus als je nog de mogelijkheid hebt, ga! En bekijk
ooit nog eens de grandioze speelfilm "Mr. Turner". Tot volgende week.
TOOS
Geen opmerkingen:
Een reactie posten