palazzi genoeg in Venetië |
Ging schrijver en beeldend kunstenaar Jan Wolkers ooit
"Terug naar Oegstgeest", een van zijn bekendste boeken, ik ga nog
even terug naar Venetië. Jammer genoeg niet met een zodanig grote flappentap op
zak dat ik me daarmee de aanschaf van een palazzo zou kunnen veroorloven. Al
was 't maar een heel kleintje. Mogelijkheden te over namelijk. Dat blijkt wel
uit het steeds groter wordende contingent paleizen waar tijdens de Biënnale exposities
worden georganiseerd. Allereerst door het toenemend aantal landen dat niet op
de Giardini of in het Arsenale terecht kan (lees voorgaande afleveringen). Maar
ook door allerlei wereldwijde kunststichtingen die graag een beetje in de
Venetiaanse kunstbus willen meeblazen. Ze
huren een leegstaand palazzo ergens op een riante plek of laten een al jaren
gesloten kerk weer openen. Want de huidige inwoners van de stad, 56 duizend in
getal, hebben echt geen honderd kerken meer nodig.
de cour van palazzo Grassi |
Dat betekent natuurlijk dat ik daardoor nu in paleizen
binnenkom die vroeger alleen toegankelijk waren voor de elite van de ooit zo
machtige en rijke Dogenstad. Dus hoef ik eigenlijk toch geen palazzo te kopen. Eens
in de twee jaar staan de deuren toch wel
voor me open. Zoals bijvoorbeeld die bij de puissant rijke Fransman
François Pinault. Denk maar aan Gucci, Puma en veilinghuis Christie's en je
hebt een aardig beeld van de man. Hij zei een aantal jaren geleden tegen multinational
Fiat en toenmalig eigenaar "doe mij dat palazzo Grassi aan het Canal
Grande maar". Met als gevolg dat je voor een kleine geldgift, want zakenman
Pinault is natuurlijk ook niet gek, in dat gigapaleis vrij rondloopt tijdens de
Biënnale om een deel van zijn eigen gigakunstcollectie te mogen aanschouwen. Of, voor diezelfde gift, in de Punta della
Dogana. Eeuwenlang was dat het douanecomplex van de stad, met opslag van
goederen tot aan de hoge balkenplafonds. Daarna stond het een aantal jaren leeg.
Nu is het, hoe raad je 't, ook al weer een museum. Prachtig gerestaureerd met,
ook al weer, geld van Monsieur Pinault. Overigens wel erg leeg ingericht dit
keer. Helemaal passend dus in de tendens van "lege kunst" zoals ik
die een paar weken geleden signaleerde.
Punta della Dogana museum |
François had blijkbaar ook nog ergens zo'n
negen miljoen liggen om de zes echt grote schilderijen te kopen van Baselitz
die nu nog in het Arsenale hangen. Enkele afleveringen geleden stond van die
werken een foto in dit blog omdat ik ze zo indrukwekkend vond. Wie weet zie ik
ze nog eens een keer terug in een van die Pinault musea.
Maar Pinault is niet de enige in zijn soort. Steeds meer
leegstaande palazzi raken in rijke buitenlandse handen. En steeds meer van die
paleizen worden dus gebruikt voor exposities. Als dat zo door gaat is Venetië over
een aantal jaren een en al kunststad. De grootste ter wereld, afgezien zelfs
nog van de Biënnale. Wel natuurlijk met hier en daar nog wat bewoners er
tussendoor.
tuin van een, normaal gesproken, gesloten palazzo |
paviljoen Azerbeidzjan |
Terwijl ik zo dwaalde door al die paleizen bleken diverse
nog steeds die grandeur van vroegere eeuwen te hebben. Barokke ruimten waar je
het ruizen van de zijden jurken zonder veel moeite zo bij kon fantaseren. Maar
regelmatig zag ik toch ook zalen met vlak gestucte, witte muren en kale
plafonds. Tja, onderhoud in zo'n vochtige lagunestad als Venetië kostte ook
vroeger al een lieve Italiaanse lire die er niet altijd was. Nu kwam ik er een
mix tegen van verrassende en "wat moet ik er mee" kunst.
Chiesa di San Giorgio Maggiore |
Echt verrassend waren een paar oude kerkjes die nu weer
eens deden wat in voorgaande eeuwen heel
normaal was. De deuren openzetten.
Niet meer voor de mis en de biecht. Want ga je er op zoek naar een pastoor of
priester, dan kun je zoeken tot Sint Juttemis.
Wel voor soms heel intrigerende kunst in prachtige gotische of barokke
ambiances.
Chiesa di San Antonino |
Zo moest ik
natuurlijk naar de eindelijk weer geopende Chiesa di Santa Catarina. Mijn
eerste officiële naam is ten slotte niet voor niets Catharina. Catharina? Ja,
logisch toch: Catharina, Cato, To, Toos. Geloof 't of niet, maar zo is het wel
gekomen! In die verduisterde kerk bevond zich een "archeologische"
installatie waarbij 't leek of er net allerlei beelden half waren opgegraven.
Chiesa di Santa Catarina |
En daar mocht je, in het donker, ook nog heel voorzichtig tussendoor lopen over
nauwelijks zichtbare paden.
Toch wel opmerkelijk dat ik tijdens die paleizen en
kerkentocht kunst onder de paraplu van de Biënnale tegenkwam die ik in de vele kunstkritieken
nergens terugzag. Terwijl toch heel veel officiële landenbijdragen er absoluut
niet aan konden tippen. "Voer voor psychologen" om maar te eindigen
met dat boek van een andere grote Nederlandse, ook al dode schrijver. Harry
Mulisch. Venetië en de Biënnale blijven intrigeren. Dus kom ik er vast nog wel eens op terug. Tot
volgende week.
TOOS
Geen opmerkingen:
Een reactie posten