aan het werk in mijn atelier in Nice |
Al ruime tijd geleden had ik mijn galerist in Nice,
Jean-Paul Aureglia, een belofte gedaan. Een Odysseese belofte zogezegd. Ik ging
op zijn verzoek voor zijn uitgave van de Odyssee twee volstrekt unieke exemplaren
maken. Niet meer, niet minder, gewoon twee, maar dan wel de twee enige op deze hele wereld!Met alleen
originele en gesigneerde tekeningen en mixed-media werken. Minimaal 24 per
exemplaar. Want dat is het aantal delen in dichtvorm waarmee Homerus de beroemde
avonturen van zijn Griekse held Odysseus heeft verwoord. Ik strooi er hier zo
wat van die tekeningen tussendoor.
Voor zo'n klus moet je echt wel gaan zitten, dat gaat
niet even tussen neus en lippen door. Reden om mij in maart en april af te zonderde
in mijn atelier in Nice. Even geen Nederlandse kunstruis om mijn hoofd, maar de
rust om ongestoord en geconcentreerd te kunnen werken.
Eerst nog kort het volgende. Dat ik multiples heb gemaakt voor Jean-Paul's met de hand gezette en
gedraaide livre d'art van de Odyssee
(oplage 140) is wel meer ter sprake gekomen. Maar die bijdrage bestond uit
'slechts' vijf steendrukken bij de delen 10 tot en met 14. Nu ging ik dus het
totale epos te lijf. Niet echt volstrekt nieuw trouwens want ik had zoiets al
eens eerder gedaan. Bij de Ilias namelijk. Dat andere mythische verhaal van
Homerus over de strijd van de Grieken tegen de Trojanen. Ook daarvan bestaan er
op deze wereld twee unieke exemplaren, vol met aquarellen van mij.
de tekeningen voor beide boeken lijken natuurlijk wel op elkaar, maar zijn in detail altijd verschillend, dat blijkt ook wel bij de volgende foto's |
Nu was dus Odysseus aan de beurt. In de Ilias speelt hij
al een kleine maar wel beslissende rol als bedenker van de list met het Paard
van Troje. Daardoor valt de stad uiteindelijk na jaren strijd in handen van de
Grieken. Maar dan krijgt Odysseus alle ruimte van Homerus om zijn eigen
avonturen te beleven. En dat allemaal als speelbal van de goden. Met zeegod
Poseidon die hem om allerlei redenen dwars zit, met godin Athena als zijn
beschermengel en met oppergod Zeus die
't allemaal op z'n gemakkie aankijkt.
Eerst houdt de verliefde Kalypso, dochter van Atlas, hem
een aantal jaren gevangen. Daarna steekt hij de levensgevaarlijke cycloop
Polyphemus, zoon van Poseidon, zijn enige oog uit, verkeert hij een aantal
jaren bij tovenares Kirke, bezoekt de Griekse onderwereld en weerstaat het
dodelijk verleidende gezang van de Sirenen terwijl tussendoor zijn hele
scheepsbemanning verdrinkt, wordt opgegeten of gedood. Dat alles terwijl op
thuiseiland Ithaka zijn vrouw Penelope zich een groep opdringerige vrijers van
het lijf houdt die haar allemaal wel willen trouwen. Maar zij blijft hem trouw.
Dat hij intussen amoureuze avonturen beleeft
met Kalypso en Kirke? Ach, wie maalt daar om! Zo is dat nu eenmaal met mannen. Voor
mij nam onze held eigenlijk steeds meer de vorm aan van vooral charmeur en charlatan.
Dat ie dan bij zijn uiteindelijke thuiskomst na vele jaren nog even al die
vrijers in de pan hakt om samen met Penelope oud te worden is voor het verhaal natuurlijk
mooi meegenomen.
Maar voor Jean-Paul was dat nog niet genoeg. Want tijdens
zijn bezoek aan de onderwereld voorspelt de blinde ziener Tiresias aan Odysseus
dat hij ook volkeren zal ontmoeten die nog nooit de zee hebben gezien. Dat echter
komt in de ons bekende Odyssee niet meer voor. Dus heeft Jean-Paul daarover nog
vier 'chants', helemaal in de
vereiste stijl, bij laten maken door Homerus-kenner Jean-Louis Augé.
Conservator van het Musée Goya in Castres, een museum waar ik ook nog wel eens
heb geëxposeerd. Maar dat is natuurlijk weer een ander verhaal.
Zo heb ik uiteindelijk 28 chants elk tweemaal geïllustreerd met in totaal 64 werken. Wat je
noemt een echte kunstklus. Die liggen nu allemaal in Nice en worden door
Jean-Paul op de juiste plaats los ingeschoven in de twee klaar liggende boeken.
Eén gaat er bij hem in de verkoop, één is voor mij. Dat exemplaar komt dus
straks naar Middelburg. Of zal ik 't maar gaan ophalen? Want een reisje naar
dat Parijs in het klein op z'n Italiaans kun je moeilijk een straf noemen. Ik
zie wel. Tot volgende week.
TOOS
Geen opmerkingen:
Een reactie posten