Weer terug naar Venetië na vorige week als plotsklapse
noodzakelijke onderbreking het melden van mijn nominatie voor de verkiezing van
Kunstenaar van het Jaar. Nu dus toch die Biennale di Venezia. Elk oneven jaar
voor mij als kunstenaar een onverbiddelijke must. Niet omdat alles wat daar
onder de noemer kunst wordt gepresenteerd nou zo overweldigend is. Maar
gewoon om op de hoogte te blijven van zowel het goede en slechte als het ridicule
en te genieten van de ambiance van die unieke stad. Want reken maar dat je
tegen zogenaamd kunstzinnige uitingen aanloopt waar ik voor mezelf heel grote vraagtekens bij
zet. Wat bijvoorbeeld te denken van die koe hieronder?
Die draait de hele dag rondjes op z'n railtje. Uitgezocht
en geautoriseerd door de hoofdcurator van de Biennale die voor dit soort
kunstuitingen twee jaar lang de hele
wereld over reist. 'Wat moet ik hiermee', denk ik dan. Zeker als ik het bijbehorende verhaal na twee
keer lezen ook nog steeds niet begrijp. Zoals een vriend dat een aantal jaren
geleden eens heel mooi uitdrukte, 'hier ben ik geestelijk nog niet aan toe'. Je
kunt 't natuurlijk ook gewoon 'kunstkul' noemen. En reken maar dat je dat veel
tegenkomt. Naast echt prachtige zaken. Zoals bijvoorbeeld in het officiële
Russische paviljoen op de Giardini, het park en heilige kunstplek waar in 1895
de 1ste Biennale di Venezia startte.
Kom ik daar zomaar ineens een hele installatie tegen
gewijd aan Rembrandts beroemde schilderij 'De terugkeer van de verloren zoon' dat
hangt in de Hermitage in Sint-Petersburg. Een in het duister gehuld
geheimzinnig en intrigerend geheel waarover ik in de Nederlandse pers niets had
gelezen. Ook dat is voor mij dan weer onbegrijpelijk in een jaar waarin je bij
ons onmogelijk om alle Rembrandt-manifestaties heen kunt.
Waar je op de biënnale in ieder geval ook niet omheen
kunt is het 'groot en veel'. Levensgezel formuleerde dat lang geleden zo: 'maak
't groot en maak 't veel, dan wordt het vanzelf KUNST'. Kunst met hoofdletters
dus. Voorbeeldje. Zet in een grote ruimte een ouwe, lege melkfles neer en
iedereen denkt dat iemand die fles is vergeten. Zet er een paar duizend neer,
maak er een liefst wat ingewikkeld en onbegrijpelijk verhaal met veel dure
woorden bij en 't is ineens een kunstinstallatie. Of zet een pop van een baby
neer en men denkt 'het zal wel'. Maak diezelfde pop 6 meter hoog en iedereen
staat vol bewondering te kijken. Want dan is het indrukwekkend.
Van dat mechanisme wordt in de kunst veel gebruik
gemaakt. Ook weer op de biënnale nu. Kijk maar.
Zet je een zo'n ding neer, dan is 't niks. Maar een
heleboel in strakke rijen zoals op onze tulpenvelden? Dan kom je in een
landenpaviljoen op de Giardini. Nog een
aantal variaties hierop? Vooruit.
Bij de laatste foto, gemaakt in het Arsenale (het tweede
grote expositieterrein), probeerde ik even zo'n zwart geval op te rapen en te
bekijken. Oeps, foutje! Er was gelijk iemand bij die vertelde dat alles precies
zo moest blijven liggen als het lag. Nou, vooruit dan maar, dan maar geen
vingerafdruk achterlaten op de Biennale!
Je kunt natuurlijk ook een hoop losse motorpakken in het
Arsenale draperen over balken en trappen.
Hier ook nog wat voorbeelden van 'maak het groot, dan
wordt 't kunst'.
Overigens kan dat heel goed werken en een bijzonder indruk
achterlaten zonder geforceerd over te komen. Zoals in de kerk San Giorgio
Maggiore waar elke biënnale wel iets bijzonders is te zien.
Of dit op een afgelegen gedeelte van het Arsenale.
Wat dan naar mijn mening weer niet kan worden gezegd van
deze installatie in de grote, te restaureren San Lorenzo kerk waar ik 4 jaar
geleden exposeerde.
Komende keer nog meer Biennale, met ook echt mooie en
intrigerende kunst en een snuf politieke correctheid. Tot volgende week.
TOOS